Er was eens… een kaalgevreten natuurgebied
Alles hangt samen in de natuur. Als er één soort uitsterft heeft dat gevolgen voor andere soorten. Flora, fauna en mensen zijn afhankelijk van elkaar. Zonder birdsview is dat niet altijd meteen zichtbaar, maar af en toe komt er een geschiedenis voorbij die de samenhang der dingen prachtig illustreert, zoals dit verhaal over het Amerikaanse Yellowstone National Park waar de wolf was verdwenen.
In de jaren twintig van de vorige eeuw waren in het park alle wolven uitgeroeid ten gunste van het toerisme. Wolven zijn eng. Maar de afwezigheid van de wolven had er in de zeventig jaar daarna voor gezorgd dat de populatie elanden flink had kunnen uitdijen. En ondanks menselijke pogingen die groei binnen de perken te houden, zagen de elanden kans bijna het hele gebied kaal te vreten. Langzamerhand waren zo niet alleen planten en bomen verdwenen maar ook de dieren die daar weer van leefden. Uiteindelijk werd in 1995 besloten de wolf weer te herintroduceren om de kudde elanden op natuurlijke wijze te controleren. Die ingreep bleek nog veel meer op te leveren.
Awooo, de wolven komen!
De wolven doodden natuurlijk een klein aantal elanden, maar dat was niet de verandering die de meeste impact had. Ze beïnvloedden door hun aanwezigheid vooral het gedrag van de dieren, die bepaalde gebieden begonnen te vermijden – de open vlaktes waar ze een makkelijke prooi voor de wolven waren. Op die plekken kregen planten en bomen weer kans om te groeien. Pioniersoorten als de esp, wilg en populier, snelle groeiers die het goed doen op kale vlaktes, hadden maar een paar jaar nodig om volwassen te worden. Zij lokten vogels en bevers naar het gebied.
Bevers zijn net als wolven bouwers van een ecosysteem, ze creëren leefruimte voor andere diersoorten. De dammen die ze bouwen zijn plaatsen waar otters, muskusratten, vissen en amfibieën zich thuis voelen.
De wolven aten ook coyotes, familie van de wolf maar kleiner, waardoor konijnen- en muizenfamilies konden uitdijen. Dat trok weer haviken, wezels, vossen en dassen aan. Raven, adelaars en beren aten van de kadavers die de wolven achterlieten. De beren konden nu ook bessen eten van de struiken die anders waren opgegeten door de elanden. En ze aten elandkalveren.
Rivieren gingen anders stromen
De wolven veranderden met hun komst uiteindelijk ook de loop van de rivieren in het gebied. De planten, bomen en bossen die nu weer rijkelijk groeiden, hielden met hun wortels het zand van de rivieroevers vast, waardoor de oevers minder snel in elkaar zakten. Erosie zorgt ervoor dat een rivier begint te meanderen, en nu er minder erosie plaatsvond, werden de rivieren in het park smaller en rechter.
Lang en gelukkig
De geschiedenis van het Yellowstone park is een verhaal over wolven die eerst de rol van boeman toegespeeld kregen, zoals ook in vele sprookjes en mythen, maar uiteindelijk gezien werden als brengers van leven. In de natuur buiten de kampvuurverhalen is een wolf gewoon een dier dat zijn instincten volgt, zoals elk ander dier, en dat een rol vervult binnen een groter geheel. Niet door iets speciaals te doen, maar door er simpelweg te zijn. Net als wijzelf.
De stem in dit filmpje is van schrijver, documentairemaker en gepassioneerd natuurliefhebber George Monbiot, die een pleidooi voor het ‘herwilderen’ van de wereld hield tijdens TEDx: For more wonder, rewild the world. Steven Agnos monteerde er de prachtige beelden onder. De film is een initiatief van zijn broer Chris Agnos, oprichter van Sustainable Human.